iemand iets wijsmaken (v) (verklaren) | jemandem etwas zu verstehen geben (v) (verklaren) |
iemand iets wijsmaken (v) (bedrog) | jemandem blauen Dunst vormachen (v) (bedrog) |
iemand iets wijsmaken (v) (verklaren) | jemandem etwas klar machen (v) (verklaren) |
iemand iets wijsmaken (v) (bedrog) | jemandem etwas weismachen (v) (bedrog) |
iemand iets wijsmaken (v) (bedrog) | jemandem einen Bären aufbinden (v) (bedrog) |